Inhoud
Ninth International Congress of Qualitative Inquiry
Samenvatting
Dit jaar vond het jaarlijkse Congress of Qualitative Inquiry alweer voor de negende keer plaats. Het thema was dit keer ‘Qualitative inquiry outside the academy’, wat ruimte bood voor een bredere inzet van kwalitatieve onderzoeksmethoden. En ook dit jaar was het congres weer drukbezocht. Er waren in totaal ruim 1400 presentaties, die gegeven werden door zo’n 1300 onderzoekers uit 67 verschillende landen. Daarmee is dit congres een van de grootste internationale congressen op het gebied van kwalitatief onderzoek.
Gedurende de vier dagen van het congres is er een bijna oneindig aanbod aan presentaties en workshops, met zeer uiteenlopende thema’s en onderwerpen. Er is voor ieder wat wils, maar er moeten keuzes gemaakt worden. Ik heb mijn programma aangepast op mijn interesse in narratieve analyse op het gebied van disability studies. Ik zal kort verslag doen van een aantal door mij bijgewoonde presentaties en workshops.
Narratieve analyse
De eerste workshop, getiteld ‘Narrative representations in qualitative research’, stond in het teken van narratieve analyse. In deze workshop werd teruggegaan naar de basis van het narratieve onderzoek en werden de verschillende filosofische vooronderstellingen die in de narratieve analyse gebruikt worden, geëxpliciteerd en bediscussieerd. We zijn teruggegaan naar de verschillende filosofische tradities, om vanuit daar de narratieve representaties beter te kunnen begrijpen. Daarbij is ingegaan op stromingen zoals het poststructuralisme, het pragmatisme, de ‘Critical Theory’ en dergelijke tradities en bediscussieerd wat die tradities betekenen voor het narratieve onderzoek. Deze deconstructie van vooronderstellingen maakte het mogelijk om vanuit verschillende kaders en denkbeelden naar het narratieve onderzoek te kijken.
Een terugkomende vraag was hoe narratieven op een goede en authentieke manier te gebruiken zijn in kwalitatief onderzoek. Daarbij liepen de meningen over hoe de analyse en dataverwerking eruit moesten zien uiteen; sommigen beargumenteerden dat de interpretatie en analyse van het verhaal bij de lezer moesten blijven, terwijl anderen van mening waren dat de onderzoeker een belangrijke taak heeft in de analyse en duiding van het narratief. Dit is een voortdurende discussie, waarover het laatste woord nog niet gesproken zal zijn.
‘Difference and differentiation’
Het symposium met als overkoepelend thema ‘Disability studies’ kende uiteenlopende studies, waarbij ook verschillende onderzoeksmethoden zijn toegepast. Tijdens één presentatie is er uitgebreider ingegaan op het concept ‘difference and differentiation’ in de analysefase, aangezien deze onderzoekers aanliepen tegen het probleem dat een ‘gewone’ inhoudsanalyse (content analysis) niet voldoende recht deed aan de veelzijdigheid van de data. Naar aanleiding daarvan ontstond er een inhoudelijke uitwisseling over hoe andere onderzoekers dat in hun eigen onderzoek ervaren. Door de kleinschaligheid van de presentaties was het mogelijk om ook op individueel niveau met de onderzoekers van gedachten te wisselen, verschillende onderzoeken verder te bespreken en kennis uit te wisselen. Dit maakte het mogelijk om, ook voor de langere termijn, contacten te leggen met mensen die in hetzelfde interessegebied werken.
In- en exclusie bij responsief onderzoek
Zoals een echte onderzoeker betaamt, heb ik, samen met twee collega’s (Merel Visse en Hannah Leyerzapf), ook mijn eigen steentje bijgedragen aan het onderzoek, in een presentatie over responsief onderzoek genaamd ‘Diversity in care contexts: creating connections through responsive research’. Tijdens deze presentatie hebben we vanuit verschillende contexten besproken hoe responsief onderzoek kan bijdragen aan het gevoel van inclusie en exclusie en hoe een onderzoeksmethode kan leiden tot connecties, tussen patiënten of cliënten onderling, maar ook tussen professionals en cliënten. De presentatie kende een kleinschalige opzet om zo korte lijnen met het publiek te houden en een inhoudelijke discussie te voeren.
Verbinding van methode en inhoud
De overige presentaties waren van zeer uiteenlopende aard, zowel wat het onderwerp betreft als de methoden. Het interessante van de presentaties in het algemeen was dat de onderzoekers er meestal goed in slaagden om het inhoudelijke thema van hun onderzoek met methodologische vraagstukken te combineren, waardoor er recht werd gedaan aan zowel de inhoud als de methoden van het onderzoek. Zo was het mogelijk om ook over onderwerpen waar men als toehoorder niet in gespecialiseerd is, mee te kunnen discussiëren. Mijn ervaring is dat de presentaties elk op hun eigen manier weer aanzetten tot het kritisch reflecteren op het eigen onderzoek. Bijvoorbeeld de presentatie over het nut van member checks (of het gebrek daaraan) heeft ook na afloop nog tot een verdere discussie geleid met mijn collega’s over hoe wij in ons eigen onderzoek daarmee omgaan.
Het bijwonen en geven van een presentatie zijn in verschillende opzichten zeer leerzaam en inspirerend geweest: het leren kennen van nieuwe theorieën, het kritisch nadenken over de eigen onderzoeksmethoden en het bediscussiëren van de voor- en nadelen van verschillende methoden hebben alle een positieve invloed op toekomstig onderzoek. Daarnaast was het congres een uitstekende gelegenheid om contacten te leggen met onderzoekers uit het eigen veld en heeft het in mijn geval zelfs geleid tot langdurige samenwerking met collega’s uit binnen- en buitenland.
© 2009-2019 Uitgeverij Boom Amsterdam
De artikelen uit de (online)tijdschriften van Uitgeverij Boom zijn auteursrechtelijk beschermd. U kunt er natuurlijk uit citeren (voorzien van een bronvermelding) maar voor reproductie in welke vorm dan ook moet toestemming aan de uitgever worden gevraagd:
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikelen 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo. Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoeding te voldoen aan de Stichting Reprorecht te Hoofddorp (postbus 3060, 2130 KB, www.reprorecht.nl) of contact op te nemen met de uitgever voor het treffen van een rechtstreekse regeling in de zin van art. 16l, vijfde lid, Auteurswet 1912.
Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16, Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten, postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).
No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.